Een veelgestelde vraag is: ‘Moet mijn werknemer de loonheffingskorting wel of niet laten toepassen door zijn werkgever?’
Wat is loonheffingskorting?
Als een werknemer in loondienst werkt, een uitkering of een pensioen ontvangt, dan hoeft hij minder belasting te betalen. De werkgever houdt bij de betaling van het loon rekening met de algemene heffingskorting en de arbeidskorting. Samen heten deze regelingen de loonheffingskorting: de werknemer betaalt minder belasting en krijgt meer geld op zijn bankrekening gestort.
Hoe werkt loonheffingskorting?
De werknemer krijgt van de werkgever een formulier. Daar geeft de werknemer op aan of hij wel of niet wilt dat de werkgever rekening houdt met de loonheffingskorting. Over de eerste (circia) €500,00 bruto per maand wordt geen loonheffing ingehouden. Wanneer de loonheffingskorting niet wordt toegepast, wordt er vanaf de eerst verdiende ‘euro’ loonheffing ingehouden.
Wel of niet toepassen?
Heeft de werknemer meerdere werkgevers? Of heeft hij een baan én tegelijk een uitkering? Dan is het verstandig om de loonheffingskorting toe te passen bij de werkgever waar de werknemer het hoogste bruto loon krijgt. Hoe hoger het loon, hoe meer heffingskorting je ontvangt. De loonheffingskorting kan maar bij één werkgever toegepast worden. De hoogte van de korting is namelijk afhankelijk van de hoogte van je loon, uitkering of pensioen. Als je bij meerdere werkgevers de korting zou ontvangen, dan is de kans groot dat je te veel korting hebt ontvangen. Dit moet je dan achteraf weer terugbetalen, dat is toch zonde!